In 't Wasdom

bolas, toegang tot kennis
april 22nd, 2020

Onderzoekend vermogen

Jos van Helvoort, docent aan de Haagse Hogeschool, ontwikkelde een instrument om de informatievaardigheden van studenten te toetsen. Informatievaardigheden zijn meer technisch van aard, maar maken wel onderdeel van het “onderzoekend vermogen”. Zelf heb ik de ervaring dat er te weinig aandacht geschonken wordt aan die technische aspecten (incl. kennis), die m.i. de basis vormen om iets als een “onderzoekend vermogen” te kunnen ontwikkelen. De “onderzoekende houding”, een attitude die door Maaike van den Herik en Arnoud Schuitema (2016) eerder werd beschreven aan de hand van persoonskenmerken als opmerkzaamheid, nieuwsgierigheid, bedachtzaamheid en kritische zin. Die houding, hoe fundamenteel en belangrijk, werkt in het praktisch-wetenschappelijk onderzoek minder uit als men de technisch-inhoudelijke vaardigheden mist om die gaven te exploiteren.

Het door Van Helvoort ontwikkelde instrument – de scoringsrubriek informatievaardigheden – meet zeven, technisch-inhoudelijke vaardigheden (o.a. oriënteren op onderwerp & kwaliteit van primaire & secundaire bronnen en databanken & literatuurlijst & bronverwijzingen in tekst) die nodig zijn voor het schrijven van een essay of eindscriptie.

Nuttig is zo’n instrument zeker. Ik zet het instrument regelmatig in bij studenten om zichzelf te toetsen op dat terrein. Zo’n zelfbeoordeling is een mooie (formatieve) manier van toetsen. Hoe vaardig ben je en wat wordt van je verwacht? Het beoordelingsinstrument is ook geschikt te maken voor leerlingen in de bovenbouw van het VO, zeker als eye-opener. En voor hun begeleiders: om het als instrument te hanteren de leerlingen te helpen bij de reflectie over hun, aanpak, zoekgedrag (en de verbetering daarvan).

Zo’n reflectie of zelfontdekking is misschien confronterend, maar nuttig. Het is goed in te zien dat je onbewust onbekwaam bent. Het is zoals mijn oma al zei: “alleen een leeg vat kan worden gevuld.” Je kunt groeien in je vaardigheden: van “onbewust onbekwaam” tot “bewust bekwaam”, maar je moet wel weten waar je staat. Het is daarom verstandig om pas na het self-assessment een hoorcollege over literatuuronderzoek te geven 😉

Ik ontmoette Jos van Helvoort kort voor zijn promotie, in september 2016, in zijn kamer aan de Haagse Hogeschool waar ik een vroege versie van bolas demonstreerde. Hij vond het een prachtig instrument en was zeer gecharmeerd van het gegeven dat gebruikers hun eigen zoekgedrag kunnen vastleggen en daarover reflecteren (rapportagetool).

Ik ben enthousiast over de scoringsrubriek. Vanwege de besproken “zelfontdekking”, maar ook omdat de punten van Van Helvoort een plek hebben in onze visie (en vorm en inhoud kregen in het instrument bolas).


Méér weten?

  1. Zie: Scoringsrubriek voor informatievaardigheden (self assessment)
  2. Alle blogs over het onderzoekend vermogen in het (hoger) onderwijs.

Het proefschrift van Jos van Helvoort – waarin de scoringsrubriek wordt onderzocht/gevalideerd – is natuurlijk ook vindbaar in Laelaps, de zoekmachine van bolas, maar “that’s another story”.

maart 19th, 2020

Plan van aanpak

Een plan van aanpak geeft antwoord op de vraag: wat, waar, wie, waarom, waartoe, wanneer, welke en hoe? Naast inhoudelijke punten als vraagstelling, doelstelling en methoden (wat, waarom en hoe) wordt in een plan van aanpak aandacht gegeven aan de randvoorwaarden. Het gaat dan om de aanwezige onderzoeksfaciliteiten, het beschikbare budget en de tijd. Daarmee is de grondstructuur van het plan van aanpak duidelijk.

Er zijn meerdere formats voor het opstellen van een plan van aanpak in omloop. Bolas heeft een format opgesteld dat goed hanteerbaar is binnen het praktijkonderzoek, met een accent (maar niet uitsluitend) op kwalitatief (niet cijfermatig) onderzoek. Meer weten? Zie hier voor het betreffende format.

februari 10th, 2020

Betrouwbare bronnen

Betrouwbare bronnen: hoe beoordeel je dat?

“Wanneer is een bron eigenlijk betrouwbaar? En hoe zorg je voor kwaliteit als het gaat om literatuuronderzoek” schreeuwt iemand hier op het lege marktplein. Kunt u daar iets over zeggen? Dat kan en het is gemakkelijker. Er zijn drie soorten criteria: formele, inhoudelijke en vormeisen.

Formele criteria

  • auteur – zonder auteur stelt niemand zich verantwoordelijk voor de inhoud, een organisatie opvoeren is in principe al een zwaktebod. Zeker als er een beter alternatief voorhanden is.
  • publicatiedatum – zonder publicatiedatum geen zicht op de nieuwste inzichten, ontwikkelingen en meer recente publicaties.
  • titelgegevens – zonder of met incomplete gegevens geen zicht op het type bron (is het bijv. een journal, boek, bundel, thesis, webpagina?)
  • vindplaatsgegevens – zonder (stabiele) vindplaatsgegevens is er door anderen geen controle mogelijk (denk aan instabiele webpagina’s die plots verdwenen of veranderd zijn).

Conclusie: een bruikbare bron bevat gegevens over de auteur, publicatiedatum, titel en de (stabiele) vindplaats. Die gegevens zijn ook nodig voor het opmaken in de gekozen stijl (bijv. APA-style). Als de bron bruikbaar is, dan is die bron nog niet persé betrouwbaar. Er zijn aanvullende criteria.

Inhoudelijke criteria

  • gezaghebbend (dus argumentatief sterk) op basis van inhoud – de bron is afkomstig uit het kennisdomein of vakgebied (vakliteratuur/tijdschriften, databanken, papieren uitgaven (boeken, bundels, thesis, journals).
  • De bron is bij voorkeur door vakgenoten beoordeeld (peer reviewed).

Vormeisen

  • er is een officiële referentiestijl gebruikt (APA, Cambridge, Harvard etc.) en die is volgens de richtlijnen van de stijl ingevoerd.
  • de bibliografie is gevarieerd qua type bron (journals/artikelen, thesis, boeken of bundels, géén instabiele webpagina’s).

De inhoudelijke criteria zijn natuurlijk het belangrijkst. Dat te kunnen beoordelen is een kwestie van ervaring en tijd. In elk geval voldoet een (in beginsel) betrouwbare bron altijd aan de formele criteria en de eisen qua vorm.


Lees dit blog om effectief te zoeken naar betrouwbare bronnen: zoeken in databanken. Of zoek met Laelaps naar betrouwbare bronnen en sla de resultaten direct op in een bolasproject (opslaan vlg. APA-richtlijnen).

Meer weten over de Laelaps? Bekijk deze reeks met blogs over de achtergrond van Laelaps.

januari 17th, 2020

Databanken (8): slimmer zoeken met de SpringerLink

In het hoger onderwijs hebben gebruikers meestal toegang tot de SpringerLink, een grote databank met vakliteratuur. Systematisch zoeken (en je goed kun verantwoorden) is een kunst en een kunde, vooral het laatste.

Met de Springerlink kun je binnen een vaktijdschrift als het Vakblad Sociaal Werk zoeken of dwars door alle vakliteratuur. Als je alleen wilt weten welke discussie er binnen een vaktijdschrift/journal is gevoerd, kun je de zoektocht tot dat journal beperken.

In het laatste geval is het handig – om naast de keuze van effectieve trefwoorden – ook gebruik te maken van de operatoren AND en OR. Een voorbeeld: Stel je bent geïnteresseerd in publicaties binnen het Vakblad Sociaal Werk over het thema wijkontwikkeling en diversiteit. Dan zou dit een mogelijke zoekopdracht kunnen zijn.

Wat gebeurt er in die zoekopdracht precies?

  1. Met “allochtonen OR diversiteit” maak je de zoekopdracht efficiënter. De databank verzamelt de documenten waarin ofwel “allochtonen” staat, ofwel “diversiteit” Het aantal resultaten wordt daardoor groter.
  2. Door ook nog eens – met AND – te combineren met “wijkontwikkeling” maak je het aantal resultaten weer kleiner.
  3. Tot slot: Je kunt ook eisen stellen aan het jaartal van publicatie en meer: hoe groter het aantal gestelde eisen is, des te kleiner het aantal zoekresultaten.

De operatoren AND, OR en NOT zijn zgn. booleaanse operatoren en worden in vrijwel alle databanken gebruikt, ook bij Laelaps, de zoekmachine van BOLAS. Wel hanteert men vaak andere symbolen, bijv. +, OR, – voor AND, OR, Not. Gelukkig zijn databanken meestal voorzien van een helpfunctie, zo ook de SpringerLink. Kijk daar naar!

Méér weten?